over de grens - verwijdering van vluchtelingen en migranten uit Nederland
autonoom centrum, maart 2004
# De verwijdering van Wahid
Wahid komt op 21 juni 2001 via Turkije op Schiphol aan om asiel aan te vragen. Hij is een stateloze Palestijn en komt uit Libanon waar hij kleermaker van beroep was. Om Nederland te bereiken koopt hij een Marokkaans paspoort. Hij belandt echter in gevangenschap in het Grenshospitium in Amsterdam. Vanwege zijn paspoort wordt hij in augustus verhoord door een Marokkaanse tolk die vervolgens vaststelt dat hij geen Marokkaan is. Omdat Wahid via Turkije naar Nederland is gekomen gaat de IND nu proberen hem naar Turkije uit te zetten. Wahid is overstuur omdat hij bang is voor wat de Turkse autoriteiten met hem gaan doen als hij door de Nederlandse marechaussee als opgeslotene, als crimineel uitgeleverd wordt.
Een dag later wordt hij naar Schiphol gebracht waarbij zeven marechaussees hem ruw aanpakken. Over deze behandeling zal hij later een klacht indienen. Een marechaussee slaat hem en hij valt met zijn hoofd op de grond. De marechaussee schopt tegen zijn benen en zijn hoofd en Wahid raakt buiten bewustzijn. Als hij na een aantal minuten weer bijkomt, merkt hij dat hij geboeid is aan handen en voeten. Zijn hoofd is er slecht aan toe en is erg opgezwollen. Wanneer hij schreeuwt wordt hij nog meer geslagen. Eén van de andere marechaussees vindt dat het geweld uit de hand loopt en dringt er bij zijn collega op aan te stoppen. Wahid wordt geboeid en op een brancard met tape ingesnoerd. Er zijn nog geen passagiers aan boord in het vliegtuig als ze hem achterin uit het zicht zetten. Drie marechaussees vliegen met hem mee. Om hem rustig te houden gaan de twee escortes bovenop hem zitten: één op z'n benen, de ander op z'n borst. De medepassagiers zijn verbaasd over het agressieve gedrag van de marechaussee. Voor het vertrek komt de piloot kijken, maar ziet geen reden Wahid niet te vervoeren.
Na het opstijgen mag Wahid 'zitten' tussen de escortes in met zijn handen geboeid op z'n rug en zijn hoofd tussen zijn benen gedrukt op zijn schoot. Hij wordt opgedragen niet te spreken. Dit duurt twee uur lang. Bij elke poging om geluid te maken worden de handboeien steviger aangetrokken. Dit is zeer pijnlijk. Een uur voor aankomst in Turkije worden z'n handen van achter zijn rug aan de voorkant geboeid aan een gordel, een zogenaamde transportkoppel. Een kwartier voor het landen wordt hij losgemaakt en móet hij zich in de wc opfrissen. Wahid huilt als hij zijn gezicht in de spiegel ziet. Op het vliegveld wordt hij naar de Turkse immigratiedienst gebracht waar blijkt dat de envelop met zijn reisdocumenten enkel een kopie van zijn valse paspoort bevat. Omdat een laissez passer of ander reisdocument ontbreekt, weigert de Turkse immigratiedienst hem toe te laten. Wahid wordt dezelfde dag weer op het vliegtuig terug naar Nederland gezet. Dit keer ongeboeid. Opnieuw belandt hij in het Grenshospitium.
In het Grenshospitium wordt hij nauwelijks verzorgd aan zijn verwondingen. Als zijn hoofdpijn heviger en heviger wordt, wordt hij naar het Academisch Medisch Centrum gebracht waar al snel wordt vastgesteld dat hij geopereerd moet worden. Er blijken zich onder andere bloedklonten in zijn hersenen te bevinden. Wahid blijkt een zeer uitgebreide schedelafwijking te hebben. Daarnaast krijgt hij voor de ziekte van Langerhans cel histicytose chemotherapie. Na acht maanden gevangenschap wordt Wahid overgebracht naar een 'open' opvangcentrum. Er is een nieuwe procedure opgestart. Dit keer op medische gronden. Over zijn ernstige mishandeling heeft hij een klacht ingediend. Een strafrechtelijk onderzoek wordt in opdracht van het Openbaar Ministerie uitgevoerd door de afdeling Intern Onderzoek van de KMar.