Inleiding
Ontwikkelingen in 15 jaar vreemdelingendetentie
Het verhaal van John
Foto actie Schutterswei
Vervreemdingscultuur
Het verhaal van Mahlil
Foto actie Grensgevangenis
Wie, waarom, waar
Het verhaal van Amir
Foto actie grensgevangenis tijdens de Euro-top
De dagelijkse praktijk en het regime
Het verhaal van Jaime
Foto actie grensgevangenis
Verzet en criminalisering
Het verhaal van Johan
Foto actie grensgevangenis tijdens de Euro-top
De hoorzitting over vreemdelingendetentie
Het verhaal van Maku
Foto actie Schutterswei
De schaamte voorbij
Het verhaal van Pieter
Foto actie Willem ll
Het ronde tafel gesprek
Het verhaal van Fred
Foto van een actie bij Willem II en bij Schiphol Oost
Conclusies
De positie van (strafrechtelijk) voorlopig gehechten en van vreemdelingen in vreemdelingendetentie, C. Kelk
Gastarbeid achter de tralies, G. de Jonge
Vreemdelingenbewaring en mensenrechten, B. Vermeulen
Open brief van Amir
Literatuur- en bronnenlijst
|
|
september 1998
Het verhaal van Johan
Johan komt uit Macedonië en woont al ongeveer 8 jaar in Nederland met zijn zoon. Johan had zes jaar een relatie met een Nederlandse vrouw en is daar op een gegeven moment mee getrouwd. Het huwelijk liep stuk voordat er drie jaar voorbij waren. Helaas voor Johan en zijn zoon konden die daardoor geen aanspraak maken op een verblijfsvergunning.
Sinds het begin van de problemen met zijn vrouw leefden Johan en zijn zoon ergens anders. Over een daadwerkelijke scheiding hadden ze nog nooit gesproken. Hij ontdekte dat zijn vrouw de scheiding had doorgezet, toen op een dag de vreemdelingenpolitie voor zijn deur stond. Zij namen hem mee en hij kwam in het Grenshospitium terecht in afwachting van zijn uitzetting. Gelukkig had hij voordien al iets voor zijn zoon geregeld. Hij moet er nu niet aan denken dat het anders was gelopen.
Bij de voorbereidingen van zijn uitzetting doet zich een groot probleem voor: Johan is in het bezit van identiteitspapieren die geldig waren voordat de oorlog in voormalig Joegoslavië begon. Tijdens de oorlog heeft elk land zijn eigen identiteitspapieren ingevoerd en zijn de oude niet meer geldig. Bij de presentatie bij de ambassade van Klein-Joegoslavië doet zich dit probleem voor.
Johan had er enige tijd geleden mee ingestemd dat zijn zoon door een Nederlands gezin geadopteerd zou worden. Zijn zoon voelt zich ondertussen in het gezin thuis en ook heeft hij een relatie met de dochter van die familie. Johan had toentertijd tot de adoptie besloten, omdat hij teveel aan zijn hoofd had en ook omdat hij niet de rust kon vinden die nodig was om zijn zoon op te voeden. De vrouw waar hij mee getrouwd was, wilde de verantwoordelijkheid niet dragen en hij had het gevoel dat hij het alleen niet zou redden.
Nu hij gevangen zit piekert hij veel over die beslissing. Het op de klippen lopen van zijn huwelijk en de adoptie van zijn zoon doen hem nu beseffen dat hij in korte tijd twee mensen die hem na stonden is kwijt geraakt.
Hij voelt zich langzamerhand gek worden in het Grenshospitium. Er is in de gevangenis niets toegestaan. Hij voelt het als niet-menswaardige situatie en veel straffen nemen bizarre vormen aan. Zijn cel beschouwt hij als de enige privé plek die hij heeft, hoewel ook niet veilig voor de bewaarders. Op een keer had Johan sinaasappelschillen in een hoek van de kamer gelegd. De geur van de gevangenis werkte op zijn zenuwen en de frisse geur van sinaasappels beurde hem een beetje op. Eén van de bewaarders die op de afdeling rondlopen zag de schillen tijdens een inspectie van de cellen liggen. Opruimen, kreeg hij van hem te horen, alsof hij een ding was dat op die wijze gecommandeerd kon worden. Johan zei dat de cel de enige plek was waar hij zich terug kon trekken en dat hij die graag iets persoonlijks wilde geven. Daar kwam niets van in. Johan vond dat de bewaarder zijn cel moest verlaten. Het gevolg was dat Johan op rapport ging en enkele dagen minder rechten had.
Hoofdschuddend vertelt Johan zijn verhaal: Alles in de gevangenis is er op gericht om je te breken; te intimideren. Het enige wat je kunt doen is je voor het systeem af te sluiten. Maar daarvoor moet je sterk zijn en dat is niet eenvoudig als je negen maanden bent opgesloten, zonder uitzicht op wanneer het afgelopen zal zijn.
Ook is het zo dat de gevangenis je bijna dwingt om te gaan piekeren en nadenken over je situatie. Het is allemaal zo leeg. Je wordt gek daar, als je er nog uit komt, ben je gebroken. |