Vluchtelingen

Opzet grensgevangenis

Dagelijkse praktijk

Medische zorg

Protesten

Vrijheidsbeperking

Uitzettingen

Het Reglement

Artikel 7a Vw

EVRM

Reacties

Conclusie



mei 1993, 1 jaar grensgevangenis

Conclusie

Op de vraag of er al dan niet sprake is van detentie en van een gevangenis dan lijkt ons maar één antwoord mogelijk: het is detentie en het is een gevangenis. Alles in de opzet is afgeleid van het gevangeniswezen: het gebouw zelf, de klachtenprocedure, de organisatie, enzovoort. Sterker nog: het is er in een aantal opzichten erger dan in een reguliere gevangenis. Het belangrijkste verschil is dat de bewoners onschuldig zijn. Daarnaast worden isolatiemaatregelen eerder en op grotere schaal toegepast. Bovendien is het Reglement veel vager en biedt minder rechtsbescherming voor zowel vluchtelingen als personeel.
Elke mondigheid wordt afgestraft. Het gehele systeem is er op gericht alles beheersbaar en rustig te houden. Ook vluchtelingenorganisaties en andere hulpverlenende organisaties wordt die rol toebedacht. Houden deze organisaties zich daar niet aan dan worden ze tegengewerkt.

MENSENRECHTEN

Samenvattend kunnen we concluderen dat art.7a Vw in strijd is met diverse artikelen van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens onder andere omdat:
1) art.7a Vw onvoldoende toegankelijk is en onvoldoende precies geformuleerd. Juist omdat het om een zeer ingrijpende maatregel als vrijheidsberoving gaat, zou dat ondubbelzinnig uit het artikel moeten blijken.
2) Naar onze mening resulteert art.7a Vw in een aantoonbaar verschil in behandeling, (of de vreemdeling via land of Schiphol binnenkomt) waar geen objectieve rechtvaardigingsgrond voor te geven is. Ook van een redelijke proportionaliteit tussen doel en middelen is geen sprake.
3) in art.7a Vw zoveel waarborgen tegen willekeur ontbreken dat daarmee de weg naar willekeurige, en dus onrechtmatige detentie openligt. Bovendien ontbreken bepalingen omtrent doel, gronden en termijn van de detentie volledig.
Dat er sprake is van willekeur blijkt ook uit de praktijk. Het komt namelijk nog al eens voor dat Justitie zich bedenkt en beslist dat de vluchteling toch blijkbaar enige grond heeft voor zijn asielverzoek. Een dergelijke beslissing kan ook worden genomen (én wordt ook genomen) zonder dat de vluchteling nieuwe feiten, gebeurtenissen of omstandigheden heeft aangevoerd. Blijkbaar is in een dergelijk geval de oorspronkelijke beslissing onjuist en is er op willekeurige gronden detentie in de grensgevangenis toegepast. Het Europese Hof voor de rechten van de mens heeft in verschillende uitspraken bepaald dat een willekeurige detentie nooit rechtmatig kan zijn.

MEDISCHE ZORG
De medische voorzieningen zijn in het eerste jaar ontoereikend gebleken. Duidelijk is geworden dat de klachten van vluchtelingen niet serieus genomen worden. Enerzijds komt dit door de opzet, waarbinnen slechts preventieve zorg wordt geboden en met langdurige behandeling geen begin wordt gemaakt, anderzijds door de vooringenomenheid van de artsen die er vanuit gaan dat de vluchtelingen slechts simuleren in de hoop op die manier toegang tot Nederland te krijgen. Psychiatrische bijstand is nauwelijks geregeld. De misstanden bij de Medische Dienst hebben in een jaar tijd gezorgd voor een groot verloop van de dienst; meerdere verpleegkundigen zijn vertrokken, en sinds een paar weken zijn ook de artsen op ziekteverlof. Waarschijnlijk komen zij, net als de eerste directeur, niet meer terug.

ISOLATIE
Alles in de grensgevangenis staat in het teken van orde, rust en veiligheid. Om deze te handhaven wordt voortdurend gebruik gemaakt van 'afzonderingsmaatregelen'. Deze zijn in feite strafmaatregelen en betekenen bijna altijd isolatie in een HvB voor minimaal één week. De beschuldigingen variëren van 'verbale agressiviteit' tot 'poging tot brandstichting en gijzeling', de straf is altijd dezelfde. Dit is sinds de opening 39 keer gebeurd. Juridisch zijn al deze overplaatsingen aanvechtbaar, ze zijn in strijd met artikel 31 van het Vluchtelingenverdrag en in strijd met art. 18 EVRM. Afzonderingsmaatregelen worden deels ook in de grensgevangenis zelf opgelegd. Dit gebeurt niet alleen bij mensen die 'onrust' veroorzaken (sinds 28 december '92 voorzover wij weten 17 maal), maar ook bij mensen wiens uitzetting is mislukt. Bovendien worden regelmatig mensen geïsoleerd die er psychisch slecht aan toe zijn; één zelfs voor een periode van twee weken. De maatregelen hebben met elkaar gemeen dat ze bijna altijd worden opgelegd aan mensen die zich weigeren neer te leggen bij hun detentie. Op deze manier hoopt de directie een door haar gewenst klimaat in de inrichting te creëren em mensen dusdanig te intimideren dat de kans op mondigheid minimaal gehouden wordt.

Omdat isolatie een zeer zwaar middel is dat ernstige psychische gevolgen kan hebben worden dit soort maatregelen in andere gevangenissen en HvB-en slechts opgelegd onder strenge voorwaarden, bijvoorbeeld nadat de inrichtingsarts is geconsulteerd. Aan deze voorwaarde, en alle andere, wordt door de directie van de grensgevangenis niet voldaan.

REGLEMENT
Het Reglement grenslogies is slechts een vaag en bijeengeraapt aantal regels. Er staat zo weinig in dat de vluchtelingen er bijna geen enkel recht aan kunnen ontlenen. Wel is er sprake van verschillende gunsten; die kunnen echter ieder moment worden ingetrokken. Zij zijn daarmee slechter af dan gedetineerden in andere gevangenissen. Ook de rechten van het personeel zijn onvoldoende gewaarborgd, waardoor het uiten van kritiek op de organisatie van de grensgevangenis tot een riskante zaak wordt.
Wat dit betreft is ook de rol van de directie belangrijk. Het afgelopen jaar is gebleken dat het leidinggevend personeel in de personen van Politiek en Moldovan een zeer negatieve invloed hebben. Zij tonen een minachting ten op zichte van de vluchtelingen gezien hun uitspraken in de media en de praktijk van hun beleid. Zij drukken een stempel op de sfeer in de grensgevangenis die ook het meer kritische personeel en personeel dat begaan is met het lot van de vluchtelingen parten speelt.

MISBRUIK VAN DE POSITIE
Uit verschillende gevallen is duidelijk geworden dat door de directie van de grensgevangenis misbruik gemaakt wordt van de positie waarin de vluchtelingen zich bevinden. Zowel in november '92 als in maart '93 is er door de directie van informanten gebruik gemaakt. Beiden zijn voor hun werk beloond met toelating tot Nederland.
Eén van de vluchtelingen die op 29 maart is overgeplaatst naar Nieuwersluis is in zijn verhoor door de directie voorgespiegeld dat hij in ruil voor informatie waarschijnlijk wel asiel zou krijgen.

INTIMIDATIES
In tijden van spanningen zoeken directie en personeel hun toevlucht tot allerlei vormen van pesterijen en intimidaties. Dat laatste gebeurt steeds botter en openlijker. De intimidaties ten opzichte van vluchtelingen die ons op bezoek willen hebben zijn ongehoord. Zoals alle eerdere intimidaties zullen ook deze geen zin hebben. De spanningen die er sinds de opening zijn geweest zullen blijven bestaan zolang vluchtelingen gedetineerd zijn.
De acties die tot nu toe gevoerd zijn door vluchtelingen hebben een vreedzaam karakter gehad. Het opvoeren van de druk op hen door personeel en direktie, en het snel verscherpende regime zullen er waarschijnlijk voor zorgen dat dat niet zo blijft. Als het tot ernstige incidenten gaat komen heeft dat niet te maken met vermeende criminaliteit van de gedetineerden, maar met de toenemende beperkingen opgelegd aan mensen die gedetineerd zijn omdat ze asiel hebben gevraagd.

DOEL

Gezien het grote aantal vluchtelingen dat alsnog doorgelaten wordt naar een OC of gedumpt wordt kan geconcludeerd worden dat de door Justitie gewenste functie van het gebouw (uitsluitend bedoeld om 'kansloze asielzoekers' te beletten Nederland in te komen) niet gerealiseerd is. Voor zover wij weten is tot april'93 35% van de vluchtelingen doorgelaten, en is een twintigtal gedumpt. Het aantal dat is doorgelaten was zeker hoger geweest als de vluchtelingen in vrijheid hun asielverzoek hadden kunnen verdedigen. Ook is onduidelijk in welke statistieken de vluchtelingen zijn opgenomen die na een mislukt uitzetting op Schiphol gedumpt worden of alsnog naar een OC worden doorgelaten.
Het aantal uitzettingen via de grensgevangenis ten opzichte van het totaal aantal uitzettingen is zeer minimaal. Blijven dus over de afschrikkende werking en een psychologisch effect van 'kijk eens, wij doen daadwerkelijk iets aan het tegenhouden van vluchtelingen'. Ook de afschrikwekkende werking is minimaal; het aantal vluchtelingen dat via Schiphol komt is al jaren dalende, waardoor de invloed van de grensgevangenis niet te meten is.

Samenvattend kunnen we stellen dat artikel 7a Vw en de daaruit voortgevloeide praktijk van de grensgevangenis zowel juridische, politieke als humanitare gronden verwerpelijk is. De nadrukkelijke wens van de Tweede Kamer dat de grensgevangenis géén detentiecentrum mag zijn maar, zoals Kosto formuleert, een 'semi-hotel' functie moet vervullen, blijkt na een jaar op geen enkele manier uitgekomen. De praktijk van het afgelopen jaar heeft aangetoond dat het een totalitair repressief systeem is waarvan het waarom onduidelijk is. Er lijkt ons voldoende grond aanwezig voor een kamerdebat over de wenselijkheid van de voortgang van detentie in de grensgevangenis en detentie in het algemeen van vluchtelingen. Alleen al het aanwijzen van andere ruimten bedoeld als ex artikel 7a zou voldoende moeten zijn voor een kamerdebat. Bij de behandeling van het 'nieuwe art. 7a Vw' komt het tot een discussie over de reikwijdte van het artikel. Het gaat de Kamer er vooral om dat art. 7a Vw alleen gebruikt zal worden voor detentie in de grensgevangenis en niet op andere plaatsen. Om een amendement hierover van tafel te krijgen stelt Kosto: 'Waarom neemt U geen genoegen met mijn stelling dat het te bouwen Grenshospitium voldoende is voor Schiphol en voor Rotterdam? Komen er calamiteiten of komen er andere moeilijkheden dan ben ik geneigd andere ruimtes aan te wijzen. Alleen de omstandigheden waaronder dit gebeurt zullen al tot een kamerdebat nopen.' Inmiddels zijn negen ruimten het afgelopen jaar aangewezen als bedoeld in artikel 7a Vw zonder ooit met de Kamer te overleggen.
De Kamer zal zich duidelijk uit moeten spreken of ze de politieke verantwoordelijkheid wil nemen voor de praktijk zoals we die in deze brochure geschetst hebben.
Wij en we hopen velen met ons zullen ons in ieder geval niet neerleggen bij deze praktijken.

zoekarchiefdiscussiereageerhomeenglish