inhoud
Koppelingswetkrant, 21 maart 1996
De Koppelingswet, sluitstuk van het vreemdelingenbeleid
Gevolgen voor vrouwen
Vreemdelingen Administratie Systeem
Wie zijn nu die illegalen
Tarak; de praktijk van de Koppelingswet
Kritiek en verzet
Kerken
Lokale politiek en belangengroepen
Koppelingswet en anti-racisme
Niet uitsluiten, maar openbreken
|
|
Kerken en de Koppelingswet
Ook vanuit kerken is er verzet tegen de Koppelingswet. De Raad van
Kerken Nederland heeft een brief geschreven aan Minister Borst van
Volksgezondheid.
De Raad van Kerken stelt onder andere: 'Hoe men ook tegen de
positie van illegalen en de pogingen hen van alle voorzieningen uit
te sluiten aankijkt, voorop moet staan dat er minimumnormen van
humaniteit zijn die een beschaafde samenleving moet waarborgen, en
dat deze waarborgen zich tot ieder mens, ongeacht zijn of haar
verblijfsstatus, moeten uitstrekken.' In de brief wordt met name
ingegaan op de dreigende uitsluiting van medische voorzieningen.
De Taakgroep Vluchtelingen van de Raad van Kerken Amsterdam heeft
een brief geschreven naar onder andere B en W van Amsterdam. 'Wij
menen dat -nu de overheid bepaalde groepen vreemdelingen feitelijk
toestaat in Nederland te verblijven- zij ook de
verantwoordelijkheid voor hen behoort te dragen.' Hiermee worden
onder andere de niet verwijderbare en technisch onuitzetbare
vreemdelingen bedoeld.
Verder vindt de Taakgroep dat de wet niet noodzakelijk is, gezien
al de maatregelen die inmiddels genomen zijn om de komst van
vreemdelingen naar Nederland minder aantrekkelijk te maken.
'Wij menen dat burgers en instellingen niet gedwongen mogen worden
om op te treden als controleurs van Justitie.'
De Taakgroep eindigt haar brief met de stelling dat de wet niets
oplost. De Taakgroep:'Door de Koppelingswet wordt de druk op de
gesubsidieerde maatschappelijke voorzieningen misschien verlicht,
maar deze druk wordt afgewenteld op particuliere hulpverleners. Wij
vinden dit onaanvaardbaar.'
De Taakgroep Vluchtelingen van de Raad van Kerken Amsterdam maakt
bezwaar tegen de Koppelingswet, 'omdat deze -naar haar oordeel-
niet noodzakelijk is en praktisch onuitvoerbaar is, mensen uitsluit
en stigmatiseert en de problemen afwentelt op derden in plaats van
ze oplost.'
Als voorbeeld van kerken tegen de Koppelingswet willen we de
Stichting voor Kerkelijk Sociale Arbeid en het Diaconaal Centrum
Pauluskerk in Rotterdam noemen. Begin november 1995 schreven zij al
een brief aan de vaste Kamercommissie van Justitie.
De brief begint met te stellen of het wel zo'n zinnige bezigheid is
om illegalen op te sporen '... temeer daar een groot aantal
illegalen in dit land buiten de criminaliteit om kans ziet te
overleven. (...) In de tweede plaats zijn er illegalen, die in het
circuit van de informele economie door familieleden of volksgenoten
onderhouden worden. Zij veroorzaken geen problemen op de
arbeidsmarkt, leggen nauwelijks beslag op de woningvoorrraad en
zijn ook niet betrokken bij het criminele circuit. Vraag is waarom
wij deze mensen moet gaan opsporen. We storten daardoor weer een
groot aantal van hen in een zee van ellende.'
Ook verwijst de brief naar één van de effecten van de Koppelingswet
op legale migranten. 'Illegalen zullen een beroep blijven doen op
familie en bekenden en zij zullen niet geweigerd worden. De
financiële en psychisch-sociale druk op legaal verblijvende
migranten zal toenemen.'
|