Wat valt er te kiezen? (mei 1998) De zin of onzin van discussies met politici (mei 1998) Samenwerken en netwerkvorming (december 1996) Humanistische Beweging (oktober 1996) Discussie met kleur (april 1996) Discussie over de Identificatieplicht(april 1996) Bewegingsdiscussie (december 1992) Anti racisme strategie (december 1992) |
december 1992 Anti-racisme strategieOm een strategie tegen racisme/fascisme te kunnen ontwikkelen, moeten we ons eerst afvragen wat onze uitgangspunten zijn en daarmee samenhangend, waar we ons op richten. Richten we ons tegen de totale verrechtsing of op een onderdeel, zoals extreem-rechtse partijen? De ontwikkeling van intolerantie, verrechtsing en toenemend racisme is in vier belangrijke groepen zichtbaar: - de zich duidelijk als racistische/fascistische partijen en groepen manifesterende organisaties; - de overheid, die steeds verder verrechtst en vaak een racistisch of een racisme veroorzakend beleid voert; - de algehele verrechtsing en onverdraagzaamheid onder de bevolking; - allerlei ideologieën, levensbeschouwingen en wetenschappen, zoals vrijmetselarij, biologisch determinisme, fundamenteel christendom enz.. Deze vier groepen staan niet los van elkaar; ze beïnvloeden elkaar konstant en vertonen vele overlappingen. Het is moeilijk om oorzaak en gevolg van racisme vast te stellen. Vaak verzanden diskussies hierover in een soort de-kip-en-'t-ei-vraag. Wat we wel kunnen stellen, is dat racisme zowel ekonomische, politieke, kulturele en ideologische oorzaken heeft. We zien de opkomst van racisme en fascisme daarom ook meer als een proces waarbinnen verschillende elementen een rol spelen. Deze vormen alle een wezenlijk onderdeel van dit proces. Het totaal is een zeer gevaarlijke ontwikkeling, die naar een racistische en in het uiterste geval fascistische samenleving voert. Er zal daarom een strategie ontwikkeld moeten worden met als doel dit gehele proces van verrechtsing een halt toe te roepen of in ieder geval af te remmen. Het heeft geen zin om bijvoorbeeld alleen bezig te zijn een verdere organisering van extreem-rechts onmogelijk te maken, als de overheid steeds meer opschuift naar rechts en een steeds meer racistisch beleid gaat voeren. De vraag is dus, of we de anti-racisme strijd juist meer moeten opvatten als een strijd die veel verder gaat dan de bestrijding van fascistische clubs. Als een strijd tegen vooroordelen en onverdraagzaamheid, die door verschillende faktoren, gevormd en beïnvloed worden. Daarvan zijn de ekonomische faktoren de grootste gangmakers. De Europese eenwording, met als doel het kre‰ren van Europa als ekonomische grootmacht, brengt een aantal zeer gevaarlijke ontwikkelingen met zich mee. De verhouding tussen Europa als onderdeel van het gehele noordelijk halfrond en het zuidelijk halfrond komt steeds scherper te liggen. Een te onafhankelijke koers van landen uit het zuiderlijk halfrond, zal ongetwijfeld door de noordelijke landen 'afgestraft' worden om daarmee eigen belangen veilig te stellen. Dit 'nieuwe kolonialisme' heeft ideologische konsekwenties. De overheersing van het zuiden en eventueel ingrijpen door het noorden moet vanzelfsprekend en natuurlijk gevonden worden. Voor een deel gebeurt dit door Europa als een superieur en ontwikkeld werelddeel voor te stellen, wat bedreigd wordt door onderontwikkelde barbaarse kulturen. De racistische kijk van de blanken op de gekleurden wordt daardoor alleen maar bevorderd. De roep om bescherming van 'onze kultuur' zal toenemen. Dit heeft samen met de lagere behoefte aan extra arbeidskrachten nu al zijn weerslag op migranten, vluchtelingen en illegalen. In tijden van ekonomische stagnatie en ideolgische en politieke armoede, winnen racistische en extreem-rechtse krachten terrein. Een strategie zal op de belangrijkste ekonomische en ideologische krachten gebaseerd moeten zijn. Zij zijn de bronnen die toenemend racisme veroorzaken en aan fascistische ideologie‰n steeds meer speelruimte bieden. Zo'n strategie succesvol maken is natuurlijk een hele pretentie die we nooit alleen waar kunnen maken. Wel kunnen we het als kader zien waarbinnen we aktie willen voeren om in ieder geval een begin te maken. Dit houdt in, dat een strategie tegen (extreem-)rechts tegelijkertijd moet leiden tot een brede anti-racistische beweging waaruit een duidelijk perspektief naar voren komt. Een beweging waarin ook de Noord-Zuid verhouding een belangrijke rol speelt, zowel wat betreft de ekonomische uitbuiting als de kulturele overheersing die vaak gebaseerd is op racistische denkbeelden.Uitgangspunten We zien de volgende uitgangspunten als basis voor onze strategie: - samenwerking met verschillende groepen; - inspringen op aktualiteit; - opbouwen van struktuur; - handelend optreden en anderen daarin stimuleren; - duidelijke, begrijpelijke en realistische, standpunten innemen. Met deze uitgangspunten hoeven we ons niet vast te leggen op ‚‚n van de eerder genoemde vier groepen. Groepen die op verschillende terreinen aktief zijn kunnen toch een gemeenschappelijkheid vinden. De ene keer kan dat het ageren tegen de verkiezing of de installatie van CD-ers zijn, de andere keer het overheidsbeleid inzake vluchtelingen of migranten. Samenwerking Een anti-racisme beweging moet breed zijn ,en tot aktie kunnen overgaan. Alleen hiermee valt een werkelijke kracht op te bouwen die politieke druk oplevert. In eerste instantie denken we aan migrantengroepen, vluchtelingen(zelf)organisaties, vredesgroepen, enz.. Een deel van deze groepen heeft al onderlinge kontakten. Het zou goed zijn om met meerdere groepen te gaan praten over elkaars ideeën. Niet alleen organisaties, maar ook individuen die aktief willen zijn, moeten op de één of andere manier bereikt worden. Er dient een basis gevormd te worden van een aantal groepen en mensen voor samenwerking. Een groot probleem voor veel groepen is natuurlijk de enorme algehele apathie die er heerst. Veel mensen hebben het gevoel dat het geen zin heeft om nog ergens tegen in aktie te komen. Ook het breed uitgemeten zogenaamde 'gelijk van rechts' heeft veel mensen in het defensief gedrongen. Maar daarentegen bestaat bij velen ook weerzin tegen het toenemend racisme/fascisme. Een anti-racisme beweging moet de potentie hebben om te groeien naar een nieuwe brede sociale beweging, zoals we die kenden in het geval van anti-kernenergie, tegen de kruisraketten, de woningnood, enz.. Er moet binnen zo'n brede beweging opgepast worden voor het bedrijven van partijpolitiek omdat we dan versplinterd blijven. Er moet naar mogelijkheden gezocht worden om serieus samen werken. De beweging zal een buitenparlementair karakter moeten hebben die zich niet beperkt tot een parlementaire lobbyclub. Hetgeen niet betekent dat er geen druk uitgeoefend moet worden op de politiek. Integendeel, die zal wel degelijk beïnvloed moeten worden, of dat nu om gemeente-, nationale, of Europese politiek gaat. Onze kracht moet uit een onafhankelijke basisbeweging en uit het ondernemen van direkte aktie voortkomen. Een groot deel van de politieke partijen en andere maatschappelijke instellingen zal een groeiend extreem-rechts als bedreigend ervaren. Deze bedreiging wordt niet gezien in de algehele verrechtsing, maar vooral in de kans op toenemend geweld en in elektoraal verlies. Politieke partijen zullen altijd de scherpe kantjes er af willen halen en nooit voor fundamentele oplossingen van problemen kiezen omdat dat tegen hun eigen belangen in gaat. De politiek en andere maatschappelijke instellingen zullen ook gaan proberen zich te profileren als anti-racistische beweging. We hoeven maar te denken aan van Thijn die zichzelf als anti-racist nummer één voordoet, of aan Lubbers en van den Broek die er prat op gaan Nederland als kampioen van de anti-apartheid af te schilderen. We moeten er zorg voor dragen dat het karakter en de politieke eisen van onze strijd niet ingekapseld raken en verworden tot een inhoudsloze brij. In Parijs is dit laatst prima tegengegaan door de sociaal-demokraten buiten de massale anti-racisme betoging te houden, omdat zij zelf mede verantwoordelijk zijn voor het toenemende racistische klimaat in Frankrijk. Er zal ruimte moeten zijn voor verschillende analyses over racisme/fascisme. Maar vereist is de wil om alert en aktief te zijn, racisme/fascime niet als een geïsoleerd verschijnsel te zien en het besef dat we de bestrijding niet aan de 'grote' politiek moeten overlaten. De politiek is immers zelf voor een groot deel verantwoordelijk voor de toenemende intolerantie en verrechtsing. Op de lange termijn zal een anti-racisme beweging tegelijkertijd een beweging moeten zijn die mensen weer gaat aanspreken en stimuleert om in aktie te komen. Wat we in eerste instantie voor ogen hebben, is niet een breed platform waar zo veel mogelijk organisaties in zitten. Om te beginnen willen we bekijken of met een aantal groepen, die inhoudelijk wat dichter bij elkaar staan, een basis is te creëren voor samenwerking. Om gelijk met een zo breed mogelijk platform te beginnen, lijkt ons niet werkzaam: het wordt al gauw log en kan zich kapot vergaderen. Het lijkt ons beter dat de verschillende groepen hun eigen akties (blijven) doen, maar wel overeenstemming vinden in het tot speerpunt maken van bepaalde onderwerpen. Door overleg kunnen we verschillende aktiviteiten beter op elkaar afstemmen, informatie uitwisselen en elkaar met menskracht en/of technisch ondersteunen. De aandachtspunten zouden de Schengen-akkoorden, de legitimatieplicht of de verkiezingen kunnen zijn. Konklusie Als we bovenstaande ideeën meer konkreet gaan invullen, denken we dat er vooral nadruk gelegd moet worden op de samenwerking met de groepen waartegen het racisme zich het sterkst zal gaan uiten. Dit zijn vooral migranten, illegalen en vluchtelingen. Eigenlijk een ieder die een andere kultuur heeft en die herkenbaar is en/of anders is door uiterlijk of door andere gebruiken. Juist de manier waarop zowel de overheid als een groot deel van de bevolking tegen deze groepen aankijkt, maakt duidelijk hoe ver het racisme gaat. Deze beeldvorming geeft fascistische groepen steeds meer speelruimte om in aktie te komen. Maar niet alleen de overheid, ook de media spelen een grote rol in die negatieve beeldvorming. Onze akties zullen zich voor een groot deel moeten richten op de behandeling van en de beeldvorming over migranten, vluchtelingen en illegalen. Samen met deze groepen moet geprobeerd worden meer politieke macht te gaan vormen. Vooral bij vluchtelingen en illegalen is dat natuurlijk extra moeilijk en daarom zal dit voor een groot deel ook afhangen van de inzet van groepen die zich met hen solidariseren. Wij zien de meeste mogelijkheden in akties tegen maatregelen en ontwikkelingen die een algehele verslechtering voor vooral deze groepen betekenen zoals bijvoorbeeld de Schengen-akkoorden, de legitimatieplicht en de kriminalisering. Vooral de kriminalisering is heel gevaarlijk omdat die de beeldvorming van de bevolking be‹nvloedt en daarmee ook de instemming met en zelfs de roep om verscherping van het beleid. Hierbij denken we dan aan bijvoorbeeld het-illegaal-zijn op één lijn te zetten met het-krimineel-zijn, de opsluiting van vluchtelingen, de razzia's bedoeld om illegalen op te pakken, de kriminaliteit onder tweede generatie migrantenjongeren te koppelen aan hun kultuur. |
|
|