Wederopbouw voor afhankelijkheid

Een vergelijking tussen Oost Timor en Irak

Hoe zal de wederopbouw in Irak gaan verlopen?
Misschien is het goed om eens te kijken hoe de wederopbouw verliep in Oost Timor waar ik van1999 tot 2002 vijf maal geweest ben. De eerste keer als onafhankelijk waarnemer ten tijde van de volksraadpleging die leidde tot de onafhankelijkheid en daarna voor de opbouw van een Timorese onafhankelijk mensenrechtengroep. Naast vele verschillen tussen Irak en Oost Timor zijn er namelijk ook enkele overeenkomsten die het overdenken waard zijn:
-Er is sprake van een grote groep vluchtelingen in westerse landen, die, met financieel kapitaal en contacten, terugkeert;
-Er is sprake van een overgangsregering, gevormd door mensen van buiten het land zelf, die zou moeten leiden tot de opbouw van een staat met een democratische regering naar westers model;
-Er is sprake van enorme vernielingen en een wederopbouw door buitenlandse bedrijven. Tenslotte is er ook bij beide een strategisch belang voor de VS in het spel. Wat Irak betreft is dit overduidelijk. Maar we moeten niet vergeten dat Oost Timor ligt aan de rand van het eilandenrijk Indonesië, dat de grootste Islamitische bevolking ter wereld heeft en waar te verwachten valt dat het in de toekomst een minder westerse koers gaat volgen. Een toekomstige militaire Amerikaanse basis op Oost Timor behoort dan tot de opties. En er is bij beide sprake van olie.

In Oost Timor oefenden de VN in de hoedanigheid van UNTAET (United Nations Transitional Administration in East Timor) gedurende een periode meer dan twee jaar het feitelijke bestuur uit en hadden de VN voor een flink deel de wederopbouw in handen. De VS hadden daarbij een flinke vinger in de pap, niet alleen via de VN, maar ook via USAID, de grootste financiële overheidsgebonden donor (ontwikkelingssamenwerking van de VS), via het IMF en de Wereldbank. Wat bijvoorbeeld afgedwongen is, is de invoering van de Amerikaanse Dollar als nationale munteenheid. Naast de VS had vooral Australië een grote invloed. Deze leverde ook de meeste militairen voor het garanderen van de veiligheid.

De terugkomst van vluchtelingen

Een van de zaken die al snel tot spanningen leidde in Oost Timor was de terugkeer van reeds langer geleden voor de Indonesische bezetter gevluchte Oost Timorezen die inmiddels een beter bestaan hadden opgebouwd in voornamelijk Australië. Een deel van deze Timorezen hebben wat kapitaal maar ook goede contacten in Australië en weten goed om te gaan met de (kapitalistische) cultuur van Australische bedrijven. Zij zijn het die in samenwerking met Australische bedrijven het meeste profijt hebben aan de wederopbouw. In snel tempo worden hotels, winkels en restaurants gebouwd en opgeknapt om vooral de grote aantallen VN-werknemers en hulpverleners te voorzien van de luxe, waar zij niet zonder schijnen te kunnen. Ook binnen de nieuwe op te zetten politieke structuren is dit verschijnsel te zien, wat in het geval van Irak noch veel sterker zal gaan gelden met de oppositie van buiten Irak die met name door druk uit het Pentagon een belangrijk rol gaat krijgen. Het gaat hier om het Iraaks Nationaal Congres onder leiding van Chalabi. Hij heeft goede contacten en commerciële banden met de Amerikaanse vise-president Dick Cheney en staatssecretaris van Defensie Paul Wolfowitz twee belangrijke ultraconservatieve haviken. Verder heeft hij banden met de olielobby en schijnt hij ook contacten te hebben met de belangrijkste pro-israel lobby groep AIPAC. In totaal hebben heeft het INC 97 miljoen dollar aan steun gekregen van de Amerikaanse overheid. Terwijl de bevolking eerst nog moet bijkomen van de gewelddadigheden en de jaren onderdrukking komen deze 'vluchtelingen' terug en slaan meteen hun slag.

Overgangsregering

Doel van de hulp lijkt vooral om zo snel mogelijk een staat naar westers model te vormen in plaats van een autonome ontwikkeling te laten plaatsvinden die voortkomt uit de eigen geschiedenis en ervaring. Zowel Oost Timor als Irak hebben noch nooit het model van een democratische staat gekend. Een staat die vooral zorgt dat (buitenlandse) bedrijven hun gang kunnen gaan en die radikale alternatieven voorkomt en opstandigheid de kop indrukt. Van bovenaf wordt alles georganiseerd. Mensen met capaciteiten worden steeds verder binnen een in wezen opgedrongen model getrokken en daarmee afhankelijk gemaakt. Doordat de nood hoog is en niet meteen een alternatief voorhanden is (de buitenlandse bureaucratie stelt steeds voldongen feiten, voorwaarden en tijdslimieten) wordt een pas op de plaats moeilijker. Men wordt mede verantwoordelijk voor beslissingen die aan het volk nauwelijks uit te leggen zijn, waardoor zich een politieke elite vormt. Initiatieven die uit de gemeenschap zelf komen krijgen nauwelijks een kans. De bevolking weet niet aan geld te komen of door de burocratische molen heen te breken.

Buitenlandse bedrijven

Buitenlandse bedrijven wordt geen strobreed in de weg gelegd. Op luchthaven Dili in Oost Timor zag je vliegtuigen vol zakenmensen en gelukzoekers aankomen met enige doel om snel en veel geld binnen te halen. Bouwbedrijven in Oost Timor zijn vrijwel alle van buitenlandse afkomst, met merendeels niet-Timorese werknemers in dienst. Zelfs Indonesische bedrijven vestigden zich in Oost Timor, met Indonesische werkkrachten. Al met al een verschijnsel dat zorgt voor een economie binnen de economie, wat ook al te zien was in andere landen zoals Cambodja waar ook sprake was van een VN bestuur in een verwoest land. De inkomsten en winsten van bedrijven, meestal (zo goed als) onbelast en ook een groot deel van het geld voor hulp stromen het land uit. Een groot deel van de financiële hulp gaat namelijk op aan lonen voor de tijdelijke bestuurders, hulpverleners en militairen uit het buitenland. Maar ook werden in Oost Timor stukken grond opgekocht, waarvan aannemelijk is dat deze in de nabije toekomst geld gaan opleveren, zoals in de nabijheid van de luchthaven, grond op locaties waar toekomstig toerisme te verwachten valt, koffieplantages. Zijn er voorwaarden aan buitenlandse investeerders dan wordt er een Oost Timorees als stroman tussen gezet. In een overgangsperiode waarin ook nauwelijks sprake is van wetgeving, worden de kaarten zeer snel geschud voor de toekomst. In de Timorzee, die deels bij Oost Timor hoort, zit veel olie. Dit is een van de zaken waar vanaf 1999 veel over onderhandeld is. Inmiddels zijn er contracten waaruit blijkt dat Australie 60% van de opbrengsten krijgt. Ook belangrijke infrastructuur komt in buitenlandse handen. Het mobiele en vaste telefoonnet in Dili werd opgezet door de Australische telefoonmaatschappij Telstra in opdracht van het Australische leger. Hier zijn miljoenen dollars mee verdient zonder enige eigen investering. In Irak zal dit nog veel sterker gaan spelen. Nu al zijn er contracten gesloten met Amerikaanse bedrijven voor het opknappen van de olie-installaties en bouwbedrijven zoals het bedrijf Halliburton waarvan Cheeny vijj jaar directeur van geweest is en waarin hij nog steeds aandelen heeft.

De nieuwe afhankelijkheid

Timorezen zagen, net als de Irakezen momenteel de VS zien, de VN meer als bezetters dan als bevrijders. Oost Timorezen stonden vanaf het begin dan ook niet te juichen Gevolg was dat ze een apathische, afwachtende houding aannamen. Met de houding van de VN dat zij min of meer de Timorezen zouden moeten 'leren' wat democratie is en hoe het land op te bouwen, zorgt dit ervoor dat er nauwelijks samenwerking is. Timorezen zitten hun tijd uit tot de VN vertrekt. Inmiddels is er wel een politieke en economisch laag gevormd die geïncorporeerd is in het 'democratisch' kapitalisme en die weinig van doen heeft met de belangen en behoeftes van de Timorese bevolking. De invloed van de VS is blijkbaar zo groot dat Oost Timor ondanks haar geschiedenis als een van de eerste landen een bilaterale overeenkomst met de VS sloot met als doel het buiten spel zetten van het Internationale Gerechtshof. Verder werd op 1 oktober 2002 een Status of Forces Agreement (SOFA)- verdrag met de VS gesloten. Deze SOFA heeft betrekking op militair VS personeel. Zij worden gezien als werkend op de VS ambassade. Van toepassing zijn de Weense conventie uit 1961 voor diplomatieke relaties. Militairen krijgen in Oost Timor zo diplomatiek immuniteit. Zij zijn niet onderhavig aan belasting wetten, contract regels en strafrecht. Oost Timorese autoriteiten kunnen hen nooit aanklagen, gevangen nemen, uitzetten,huiszoeking doen, als getuigen oproepen of hen verantwoordleijk stellen als vader voor een bij een Timorese vrouw verwekt kind. Dat belooft wat voor Irak.

Oost Timor is afhankelijk van buitenlands kapitaal en investeringen en tot onderdeel gemaakt van de geglobaliseerde markten. Hiermee heeft ze haar met veel moeite en ten koste van honderdduizenden mensenlevens veroverde onafhankelijkheid meteen verloren. Dit leidt er weer toe dat het grootste deel van de bevolking het geloof verliest in gezamenlijke andere en betere toekomst, en dit versterkt het ´ieder voor zich´-gevoel. Ontgoocheld zijn veel Timorezen. Op veel terreinen hebben ze het niet beter dan onder de Indonesische overheersing, soms zelfs slechter. Onder Indonesische bezetting hadden ze nog het perspectief op de bevrijding en onafhankelijkheid. Nu zijn ze de draad kwijt en het kan lang duren voordat ze deze weer kunnen oppakken. Precies wat de VS in het geval van zowel Irak als Oost Timor als wenselijk zien. Het doel is het inpassen van deze landen in de zogehete vrije wereldmarkt waar ze op geen enkele wijze kunnen op concurreren tegen de bestaande politieke en economische machtsverhoudingen. Hiermee is voor deze landen het feitelijk beheer over grondstoffen als olie verloren gegaan. Dit proces is wat nu de democratisering van het Midden Oosten genoemd wordt.

Ed Hollants
Autonoom Centrum