Amerika hunkert naar macht


Multilateralisme in het kwadraat




— door Michael Hardt

Uit De Groene Amsterdammer nummer 47 21 november

De grootste tragedies uit de geschiedenis van de mensheid doen zich voor wanneer elites uit het oog verliezen of hun handelen nog wel in overeenstemming is met hun eigenbelang. Zo werden er tijdens de jaren van de teloorgang van het oude Rome allerlei ondoordachte politieke en militaire avonturen ondernomen die zowel bij de elites als bij hun bondgenoten en hun vijanden dood en verderf zaaiden. Helaas worden wij nu wederom met zo’n situatie geconfronteerd.
Het lijkt onvermijdelijk dat de VS binnenkort opnieuw een totale oorlog in Irak zullen beginnen. De VS zijn tegelijkertijd verwikkeld in een oorlog tegen het terrorisme, die zich mogelijk naar alle hoeken van de aarde zal uitbreiden. En, het belangrijkste, de VS voeren op dit moment een buitenlands «veiligheids»beleid waarin zij niet alleen op dreigingen reageren, maar deze proberen voor te zijn door het uitvoeren van preventieve aanvallen.
Deze militaire avonturen zijn een aanwijzing dat de VS hard op weg zijn een imperialistische grootmacht te worden naar oud Europees model, maar nu op een werkelijk wereldomspannende schaal. Het land dringt zich op als het agerende en allesbepalende middelpunt in elke arena van het wereldgebeuren — militair, politiek en economisch. In feite dwingt het af dat elke uitwisseling en elk besluit zich via hem voltrekt.
De ultieme hoogmoed van de politieke leiders van de VS blijkt uit het feit dat zij niet alleen menen een regimewisseling te kunnen bewerkstelligen en voor verschillende landen nieuwe leiders te kunnen aanwijzen, maar bovendien het wereldgebeuren naar hun hand denken te kunnen zetten — een vermetele verruiming van de oude imperialistische ideologie van de mission civilisatrice! De wisseling van het regime in Irak is slechts de eerste stap in een ambitieus project om de politieke orde van het hele Midden-Oosten te reorganiseren. En de Amerikaanse hunkering naar macht zal daarmee niet zijn gestild.
Wereldwijd staan vele politieke en economische elites echter afwijzend tegenover het ontstaan van een nieuw Amerikaans imperialisme. Volgens een heersende opvatting zijn de meeste Europese politieke leiders tegen het Amerikaanse unilateralisme gekant omdat het hen buitensluit, en geven zij de voorkeur aan multilaterale politieke en militaire oplossingen. Veel belangrijker echter dan de tegengestelde belangen die zorgen voor verwijdering tussen de elites van de VS en andere landen, zijn de gemeenschappelijke belangen.
De gemeenschappelijke belangen van de mondiale elites komen het duidelijkst naar voren op het economische vlak. Vooraanstaande zakenlieden erkennen dat imperialisme slecht is voor de huidige wereldhandel, aangezien het hindernissen opwerpt voor de mondiale geld- en goederenstromen. De potentiële winsten van de kapitalistische mondialisering, waarvan de zakelijke elites nog slechts enkele jaren geleden watertandden, zijn afhankelijk van open, gedecentraliseerde productie- en uitwisselingssystemen. Dit geldt ook voor de grootinvesteerders in de VS. En hetzelfde geldt voor de in een olieroes verkerende Amerikaanse industriëlen: hun werkelijke belangen zijn gelegen in de potentiële winsten van de kapitalistische mondialisering.
Ook vanuit het oogpunt van de veiligheid zijn de gemeenschappelijke belangen goed zichtbaar. Het is dwaasheid om te geloven dat het uit de weg ruimen van een aantal boosdoeners, zoals Osama bin Laden en Saddam Hoessein, veiligheid zal opleveren. Zelfs de leiders van de VS hebben niet de illusie dat deze oorlog vrede zal brengen. Ze zien hem eerder als een langdurige — mogelijk eeuwigdurende — oorlog die wordt aangewakkerd door voortdurend nieuwe dreigingen. Het is veel waarschijnlijker dat de Amerikaanse militaire operaties de tegenstellingen zullen versterken die het gevolg zijn van de ongelijkwaardige verdeling van welvaart en macht, en dat de onveiligheid van de mondiale elites hierdoor exponentieel zal toenemen. Dit geldt zeker voor de Amerikaanse elites, omdat de VS door unilaterale militaire acties doelwit worden voor iedereen die het centrum van de mondiale overheersing wil treffen.
Voor de huidige mondiale elites is er echter een alternatief voor het Amerikaanse imperialisme: de mondiale macht kan worden georganiseerd op een gedecentraliseerde manier, die door Toni Negri en mij Empire wordt genoemd. Het gaat hier niet louter om een multilaterale coalitie van de belangrijkste nationale staten. Je moet het zien als multilateralisme in het kwadraat. Empire is een wijdvertakt netwerk waarin een onbegrensd aantal soorten macht is opgenomen, zoals de dominante nationale staten, supranationale organisaties (zoals de VN en het IMF), multinationals, NGO’s en de media. Natuurlijk staan de machten die deel uitmaken van Empire in een hiërarchische verhouding tot elkaar, maar ondanks hun verschillen en tegenstellingen functioneren zij gezamenlijk binnen het netwerk. De gedecentraliseerde netwerkmacht van Empire belichaamt de belangen van de mondiale elites, omdat het enerzijds de voorwaarden schept voor de potentiële winsten van de kapitalistische globalisering en anderzijds de poten tiële bedreigingen voor de veiligheid verschuift of wegneemt.
Het behoeft geen twijfel dat de globale elites er op de lange duur uit eigenbelang toe zullen overgaan om Empire te ondersteunen en elke vorm van Amerikaans imperialisme te verwerpen. De komende maanden, mogelijk jaren, staat ons echter naar alle waarschijnlijkheid een tragedie te wachten die niet zal onderdoen voor de drama’s die zich voltrokken in de donkerste tijdvakken waarover de geschiedenisboeken spreken: die periodes uit de geschiedenis waarin de elites uit het oog verloren of hun handelen nog wel in overeenstemming was met hun eigenbelang.



© Michael Hardt / De Groene Amsterdammer