De spoorwegstakingen van begin vorig jaar gaven Nederland al een
voorproefje van het verschijnsel, en er is vast meer op komst. In Italie
theoretiseert men er al over...

= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
= = = = = = =

Bron: nettime 02-01-04

Italie en de zwevende staking
(Marco Bascetta)

Het is zover. De onverwachte, plotselinge, zo maar staking, de 'wilde
staking', is terug. Waarschuwingen worden niet gegeven, (overleg)regels
niet gerespecteerd, akkoorden en termijnen niet in acht genomen. De
onder-secretariseen, de prefecten en de vakbondsafgevaardigen weten niet
waar het vandaan komt, wie daarover besluit, wie het goedkeurt, en wie het
legitimeert. Maar een ding is duidelijk: er wordt niet vooraf
onderhandeld. De media staan vervolgens bol van de verontwaardigde
burgers, boze treinreizigers, en vliegtuig passagiers die uren moeten
wachten. Maar in werkelijkheid weet iedereen wat er aan de hand is, en dat
er vroeg of laat toch gepraat zal moeten worden.

Eerst had je de stewardessen die zich en maase ziek melden, toen kwamen de
Milanese buschauffeurs die precies volgens het boekje gingen rijden, en
tenslotte liepen de werknemers van de luchthaven van Rome uit, blokkeerden
de startbanen, en legden het luchtverkeer lam. Zo legden ze 'nu en hier'
hun wil op aan de 'garantie commissie' (het orgaan dat de stakingen in de
openbare diensten moet reguleren) die geweigerd had de 24 uur
proteststaking tegen de reorganisatie van Alitalia toe te staan. Komt dat
uit opgekropte woede? Zijn de mensen de voortdurende en steeds heftigere
en steeds brutalere aanvallen op de werkgelegenheid en de salarissen zat?
Vast en zeker, maar er is meer aan de hand. Iets dat onvermijdelijk was
geworden, te weten dat de flexibilisering van de arbeid ook flexibilsering
van het (arbeids)konflikt betekent. Is het eene onzeker geworden? Dan
wordt het andere automatisch onberenkenbaar.

Als de werknemers gedwongen worden om te leven met onzekerheid van
betrekking en salariering, en afhankelijk worden gemaakt van onverwachte
en willekeurig opgelegde omstandigheden, waarom zouden ondernemingen en
hun 'klanten' - zo worden tegenwoordiger de afnemers en gebruikers van
alle openbare diensten en nutsbedrijven immers aangeduid - de dans moeten
ontspringen? De rigiede discipline van de fordistische onderneming had
haar tegenhanger in het even rigiede verzet van de arbeidersbeweging. Nu,
als gevolg van outsourcingspraktijken, het werken met alleen tijdelijke
kontrakten, met uitzendkrachten, en alle varianten van de 'nieuwe
arbeidsverhoudingen' die uit de koker van de laat negentiger jaren zijn
ontstaan, heeft men kunnen denken dat de oude rechten, de wettelijke
bescherming en de pressiemiddellen van de traditionele arbeidersklasse
voor altijd voorbij waren. En daar verschijnt een oude bekende ten tonele:
de 'wilde staking'.

Zij zet de winsten onder druk, en nu kan je haar niet meer bestrijden met
een beroep op zoiets als "het algemeen belang" of "de CAO akkoorden",
omdat het bedrijfsleven tegenwoordig al die afspraken naar de prullebak
heeft verwezen. Wekgevers hebben ons tot vervelens toe de oren geslagen
met begrippen zoals de noodzaak om te dereguleren en geen enkele bindende
afspraak vooraf op te leggen. Dus waarom zou een arbeidskonflikt, waar het
gaat om het behoud van de levensomstandigheden, zich wel aan dat soort
verplichtingen moeten houden? Waarom zouden we ook niet een 'deregulering'
van het arbeidskonflikt kunnen beleven, waarbij het konflikt zelf een
'onderneming' wordt, en de zelfde 'vrijheden van onderneming' opeist? Er
zullen dan meteen stemmen opkomen die gaan roepen dat dit corporatisme is,
vasthouden aan privileges, die heb je ook altijd gehad. Maar het gevecht
om de arbeidsomstandigheden waarin (bijvoorbeeld) de werknemers van de
Romeinse luchthaven nu verwikkeld zijn maakt deel uit van een veel bredere
en algemene situatie waarin miljoenen mensen zich bevinden.

Verschillende sectoren in de 'beweging' hebben op praktische wijze de kern
van het probleem blootgelegd: "het stakingswapen moet veralgemeniseerd
worden", hetgeen een analyse impliceert van de "veralgemenisering van het
winstbejag". De economische winst namelijk, wordt tegenwoordig niet langer
uitsluitend 'geproduceerd' op plekken waar voltijds en formele
arbeidsverhoudingen de norm zijn, maar wordt behaald in een dans van
stromen en variaties, in periodes van arbeid zowel als van niet-arbeid, en
in een nieuwe opzet van het begrip arbeidsbetrekking dat in toenemende
mate tijdelijk en steeds minder regel een meer uitzondering aan het worden
is.

Als van vanuit deze nieuwe situatie uitgaan, dan is het duidelijk dat wij
tot nieuwe definities van het arbeidskonflikt moeten komen, teneinde een
nieuwe kader van arbeidsrechten af te dwingen. Tijdelijke, 'nomade' en
gefragmenteerde arbeid moet zijn eigen vorm van macht scheppen. Tot nu toe
ontbrak het er aan voorbeelden, aan zichtbare, effectieve praktijken. Het
lam leggen van Fiumicino (de luchthaven van Rome) is een duidelijk signaal
en wijst de weg. De 'flexibele' arbeid, de afwisseling van werk met
werkeloosheid kan net zo goed als het klassieke vaste
werkgelegenheidsmodel dat thans op de helling ligt zijn eigen concrete
strijdmethoden hebben en hoeft zich niet tot een machteloze toeschouwer en
speelbal van het marktmechanisme te laten manipuleren, zoals men ons wil
laten geloven.

Dit valt vandaag de dag niet meer te ontkennen, en aan onderhandelingen
hierover valt dan ook niet meer te ontkomen.

Marco Bascetta
vertaald door Patrice Riemens

Artikel is vermoedelijk verschenen in Il Manifesto, is van het italiaans
in het frans vertaald door rossella AT samizdat.net , verschenen op de
Multitudes-infos lijst (29 december 2003) zonder bronvermelding, en
vervolgens door mij vertaald ('tt';-).